De Belgische regering voerde twee jaar geleden een vliegtaks in van twee tot tien euro voor korte vluchten van minder dan 500 km en die taks bracht vorig jaar meer dan 40 miljoen euro op, volgens de krant Le Soir.
Vorig jaar werden meer dan 800 passagiersvluchten met privéjets uitgevoerd over minder dan 500 kilometer. Vluchten met privéjets zijn al lange tijd een doorn in het oog van verschillende milieuorganisaties omdat ze vervuilender zijn dan commerciële vliegreizen, niet onder de Europese emissiehandel vallen en kerosine nog steeds onbelast is.
Belasting van €2 tot €10
Om korte vluchten te ontmoedigen, voerde de federale regering op 1 april 2022 een instapbelasting in van tien euro voor vluchten van minder dan 500 km, twee euro voor reizen van meer dan 500 km naar bestemmingen in de EU, het Verenigd Koninkrijk of Zwitserland, en vier euro voor de verste bestemmingen.
De belasting zou naar verwachting 30 miljoen euro opbrengen in de eerste negen maanden, maar werd beperkt tot 21 miljoen euro voor 2022. De FOD Financiën meldde echter dat de doelstelling voor 2023 - 40 miljoen euro - werd gehaald.
In detail: 20,6 miljoen euro kwam van routes van meer dan 500 km binnen Europa, 16,4 miljoen euro van reizen van meer dan 500 km buiten Europa en 3,4 miljoen euro van korte vluchten van minder dan 500 km.
Veel korteafstandsvluchten
Volgens Le Soir, de krant die zich baseert op een database die ter beschikking is gesteld door het Amerikaanse bedrijf FlightRadar, waren er vorig jaar ook gemiddeld 36 vluchten per dag van een van de zes Belgische luchthavens naar een luchthaven op minder dan 500 km afstand of omgekeerd.
Dit omvat vluchten met zogenaamde city hoppers, vaak om over te stappen naar een naburige luchthaven, terwijl er ook milieuvriendelijkere alternatieven zijn, zoals de trein.
De krant telde ook meer dan 800 passagiersvluchten met privéjets van minder dan 100 km, bijvoorbeeld van Luik naar Maastricht of van Kortrijk naar Oostende. In dat geval zou het vaak ook gaan om lege operationele vluchten waarbij een vliegtuig naar een andere luchthaven moet voor een specifieke opdracht of technisch onderhoud.
Vorig jaar liepen Europese landen 34 miljard euro aan belastinginkomsten mis door vrijstellingen voor de luchtvaartindustrie. De industrie betaalt immers geen accijnzen op brandstof, weinig tot geen ticketbelasting en een kleine koolstofbelasting die alleen geldt voor Europese vluchten. Bovendien kunnen bedrijven de kosten van deze privéjetvluchten aftrekken van hun belastingen.
Reacties
Klaar om deel te nemen aan het gesprek?
Je moet een actieve abonnee zijn om een reactie achter te laten.
Meld u vandaag aan