De Raad van Bestuur van NMBS heeft vrijdag unaniem het treinaanbod voor 2025 goedgekeurd. Dit aanbod is minder ambitieus dan verwacht, deels door een personeelstekort.
In totaal stijgt het treinenaanbod met bijna 2% (in miljoen treinkilometers) ten opzichte van 2024. Daarnaast zullen 220 treinen die in 2022 waren teruggeschroefd vanwege personeelstekorten als gevolg van de gezondheidscrisis bij COVID-19 opnieuw worden ingezet, voornamelijk om het voorstadsnetwerk te versterken.
Maar de beloofde late nachttreinen op vrijdag- en zaterdagavond rond Brussel en Antwerpen of extra weekendtreinen zullen worden uitgesteld, tot groot ongenoegen van reizigersvereniging TreinTramBus.
Herinvoering van Dampoort express
Het nieuwe treinaanbod gaat in op 15 december en zal binnen enkele weken zichtbaar zijn in de NMBS-reisplanner. De Dampoort Express van Sint-Niklaas naar Brussel via Lokeren en Gent wordt opnieuw volgens de oorspronkelijke dienstregeling ingezet.
Er komt ook een voorstedelijke S-trein tussen Puurs, Antwerpen en Essen, en er komen meer S-treinen naar de Europese wijk in Brussel, vooral vanuit Brussel-Luxemburg, Nijvel, Halle en Enghien.
De verbinding Brussel-Bergen-Parijs, die tijdens de Olympische Spelen werd gelanceerd, wordt ook permanent. Vanaf december wordt de verbinding tussen Brussel en Amsterdam sneller: 16 keer per dag zal een nieuwe en snelle verbinding worden gemaakt met de nieuwe ICNG-treinstellen van de Nederlandse Spoorwegen. Dit zal het aanbod van en naar Nederland verdubbelen.
Bovendien zullen de IC-treinen tussen Luik-Guillemins, Ans, Borgworm en Brussel een andere route volgen en voortaan ook een rechtstreekse verbinding hebben met Brussels Airport.
De NMBS bevestigde ook dat er vanaf december vier in plaats van vijf IC-treinen zullen rijden tussen Antwerpen en Brussel, waaronder één naar Brussels Airport - de verbinding verloor een baan aan Eurostar.
Zeer weinig vlees op het bot
Maar zoals eerder aangegeven komt de beloofde uitbreiding van het bestaande treinaanbod voor 2025 er niet. Het wordt grotendeels uitgesteld, tot ongenoegen van reizigersvereniging TreinTramBus. "Er zit nog maar weinig vlees op het bot", zegt TreinTramBus-voorzitter Peter Meukens. "Alles waar we bang voor waren, komt uit. Jammer."
Dat er vanaf december vier in plaats van vijf treinen per uur gaan rijden tussen Antwerpen en Brussel noemt TreinTramBus "onacceptabel". De organisatie wijst er ook op dat de nieuwe snelle trein tussen Brussel en Amsterdam een grote impact zal hebben op het treinverkeer in Limburg en West-Vlaanderen.
Volgens de NMBS voorziet het vervoerplan 2023-2026 in een groei van het treinaanbod van 5% in plaats van 7%. "Deze realistische aanpassing houdt enerzijds rekening met het beschikbare personeel en anderzijds met de beperkte infrastructuurcapaciteit in bepaalde delen van het net (...) De projecten die nu niet kunnen doorgaan, worden vanaf december 2025 geïntegreerd in de toekomstige vervoersplannen", aldus NMBS. Bovendien blijft de einddoelstelling - 10% groei tegen 2032 - bevestigd.
'Onmogelijk om de ambities te verwezenlijken'
De socialistische vakbond wijst erop dat het treinenaanbod voor 2025 voldoet aan de afspraken uit het sociaal akkoord met de vakbonden. "Het nieuwe vervoersplan voorzag een toename van het aanbod tussen nu en 2026 van 2.000 treinen per week, of 8.000 treinen per maand", zegt Günther Blauwens, voorzitter van de Vlaamse ACOD Spoor. "Deze doelstelling is vandaag onhaalbaar."
Volgens Blauwens was dit voorspelbaar. "De huidige situatie bij het spoor is deels het gevolg van bezuinigingen die de Zweedse regering onder Michel heeft opgelegd. De investeringen van de regering Vivaldi waren een inhaalslag, maar onvoldoende om een voorsprong te krijgen."
De vakbond merkt op dat de gemiddelde punctualiteit van de treinen nu op een historisch dieptepunt van 89% staat. Bovendien blijft het aantal afgeschafte treinen constant tussen de 3.000 en 3.500 per maand. "Afgeschafte treinen vertegenwoordigen meer dan 3% van de openbare dienst die elke maand niet wordt uitgevoerd. Het is daarom onmogelijk om de ambities van een toename van de dienstverlening met 7,4%, zoals voorzien in het vervoersplan 2026, te realiseren."
Blauwens wijst er ook op dat de behoefte aan machinisten is vastgesteld op 625 aanwervingen tegen 2024, maar dat er tot nu toe slechts 300 zijn aangeworven. "Het eerste waar aan gewerkt moet worden is operationele stabiliteit, niet de zoveelste reorganisatie en ambitieus vervoersplan. Zo'n plan op de eerste plaats zetten zonder voldoende personeel, betrouwbare uitrusting en infrastructuur is onrealistisch. Een dienst beloven die je niet kunt waarmaken is slechte dienstverlening."
Reacties
Klaar om deel te nemen aan het gesprek?
Je moet een actieve abonnee zijn om een reactie achter te laten.
Meld u vandaag aan