Belgische fietseconomie bijna miljard euro waard

Volgens een nieuwe studie van onderzoeksbureau Transport&Mobility Leuven (TML) is de Belgische fietseconomie bijna een miljard euro waard en kende ze de voorbije acht jaar een groei van ongeveer 90%.

Samen met Nederland, Denemarken en Duitsland is België een van de grootste fietslanden ter wereld. Veel autofabrikanten zien het groeipotentieel van de fietsindustrie als een kans.

17.400 voltijdbanen

In 2022 creëerde de fietseconomie een netto toegevoegde waarde van 951 miljoen euro, een groei van 90% in acht jaar. De netto toegevoegde waarde van de fietseconomie groeide dus veel sneller dan de rest van de Belgische economie. De fietseconomie is ook goed voor meer dan 17.400 voltijdse banen, tegenover minder dan 10.000 in 2019. De coronaviruscrisis heeft de fietssector sinds 2020 een boost gegeven.

De auto-industrie blijft echter veel belangrijker. In 2022 was die sector goed voor een NAV van 19,5 miljard euro en ongeveer 162.000 voltijdse banen. Het werkgelegenheidspotentieel van de fietssector is echter 100 keer hoger per euro waardecreatie dan in de auto-industrie.

Autofabrikanten zien een kans

De hogere jobintensiteit in de fietssector betekent dat wanneer deze sector groeit (in NAV), er meer nieuwe jobs bijkomen dan bij dezelfde groei in de autosector.

Recentelijk is echter een afname van de werkgelegenheidsintensiteit in de fietsindustrie waargenomen als gevolg van de toenemende mate van automatisering in het productieproces en het groeiende aandeel van e-bikes in de verkoop.

Opmerkelijk is dat veel autofabrikanten het groeipotentieel van de fietsindustrie als een kans zien. De opkomst van EV's heeft de werkplaatsomzet van autobedrijven onder druk gezet.

Als gevolg daarvan wil de autosector een stuk van de taart in de fietsindustrie, een trend die wordt waargenomen bij distributeurs (zoals D'Ieteren) en onderdelenfabrikanten.

Volgens het rapport brengt de deelname van de auto-industrie aan de fietsindustrie aanzienlijke groeivoordelen met zich mee, vooral voor de verdere professionalisering van de fietsmarkt en de fiets als product.

Effect van verkoop van e-bikes

Over het algemeen creëren fietstoerisme, fietsinfrastructuur en de verkoop van fietsen en onderdelen de grootste toegevoegde waarde. Logistiek is dan weer goed voor het grootste aantal jobs, 7.000 in totaal. Vaak gaat het om koeriers die werken voor platformen zoals Uber Eats en Deliveroo.

De opkomst van elektrische fietsen heeft ook een grote invloed op al deze cijfers. Vorig jaar werden er bijvoorbeeld voor het eerst meer e-bikes dan traditionele fietsen verkocht. In 2023 werden er in België 619.605 fietsen verkocht.

De verplichte, belastingvrije fietsvergoeding en het uitgebreide leaseprogramma voor fietsen, beide uniek, blijken ook een versneller te zijn - sinds mei 2023 hebben alle werknemers in de privésector die naar het werk fietsen recht op een fietsvergoeding. Zo is het percentage werknemers met een leasefiets tussen mei 2023 en eind juni 2024 met een kwart gestegen tot 1,9% van de werknemers.

Specter en Jaegher: twee bedrijven die zich richten op het topsegment

Dat het goed gaat met de Belgische fietsindustrie bewijst speed pedelec-maker Specter. Het Gentse bedrijf heeft net 2 miljoen euro vers kapitaal opgehaald. Hiermee wil het verder groeien in Europa, maar het kijkt ook naar de Verenigde Staten. Specter mikt op het topsegment. De standaardversie kost 8.990 euro, maar een "long-range" variant kost 10.690 euro.

Het Gentse custom fietsenmerk Jaegher, waarin oud-wielrenner en wereldkampioen Tom Boonen investeert, heeft net ook een nieuwe showroom met werkplaats gepresenteerd. Jaegher maakt ongeveer 100 volledig aangepaste weg- en gravelfietsen per jaar. Opmerkelijk is dat die fietsen niet van carbon zijn, maar van inox en roestvrij staal.

De nieuwe werkplaats is gevestigd op de Arsenaal-locatie in Gentbrugge. Volgens Het Nieuwsblad is de instapprijs voor een op maat gemaakte Jaegher 7.000 euro, hoewel de duurste fiets van het bedrijf 22.000 euro kost.